|
Zaterdag 11 en zondag 12 oktober 2008 vond in het Administratief Centrum "De Bammerd" te Heers het eerste lustrum plaats van de plaatselijke heemkundige kring.
Het woord "lustrum" betekent "een feest dat na elke periode van vijf jaar wordt gehouden.".
Dus mocht de "Heemkunde Groot-Heers" haar eerste lustrum vieren na een maandenlange voorbereiding. Het feest was verdeeld over twee dagen. Dag één was uitgeroepen voor een academische bijeenkomst, terwijl het grote publiek verwacht werd op zondagnamiddag om te genieten van de tentoongestelde voorwerpen.
Zaterdag 11 oktober 2008.
De academische zitting was gepland op zaterdagnamiddag voor de leden en hun partner, voor afgevaardigden van de gemeente en van de plaatselijke verenigingen, voor de sponsors en voor verder enkele genodigden uit aangrenzende kringen. (Samen ongeveer een 100 tal personen)
De voorzitter, Michel Mathei, hield de openingstoespraak.  Hij verwees bondig naar het ontstaan en de verwezenlijkingen. Verder schetste hij de betekenis van het logo en de plaats van een heemkundige vereniging in het dorpsleven. Om alles nog meer gestalte te geven verwees hij ook naar de oprichting van diverse werkgroepen die zich binnen de kring actief bezig houden met onderwerpen zoals geschiedenis, dialect, stamboomkunde enz. Als primeur kondigde hij ook de nakende geboorte aan in 2009, van een heemkundig tijdschrift te Heers, dat vermoedelijk de naam,"HEERSIAAN" zal krijgen.
Tot slot riep hij geïnteresseerden op, om zich bij de kring aan te sluiten.
Als voorzitter van Heemkunde Limburg, mocht Raymond Lambie voorts de verzuchtingen van zijn vereniging etaleren, wat hij dan ook op een bijzondere wijze kon verwoorden.
Met zijn roots in Vechmaal, behoudt Heers een bijzondere plaats in zijn hart. Zijn felicitaties gingen dan ook voluit naar het initiatief van de jeugdige vereniging waarbij hij vanaf het prille begin betrokken was..
Tenslotte zegde schepen Charly Vanandroye, namens het gemeentebestuur zijn steun toe en wenste de vereniging nog een lang en vruchtbaar bestaan.
Tussendoor werden de aanwezigen vergast op de klassieke klanken gebracht door leerlingen van de Haspengouwse Academie. Elisa NOBELS, die alles mooi aan elkaar had gepraat, mocht dan de tentoonstelling voor geopend verklaren, zodat de aanwezigen reeds een voorsmaakje konden krijgen van wat het grote publiek de dag nadien zou komen bekijken.
Alles werd natuurlijk ook rijkelijk begoten met de nodige drankjes aangeboden door het gemeentebestuur en naar goede gewoonte werd er tussendoor ook geproefd van de heerlijke "hapjes uit grootmoederstijd", die werden gemaakt door de mannenkookclub van Heers.
De zitting werd om 18.00 u opgeheven.
Zondag 12 oktober 2008.
Reeds vanaf 10.00 uur konden de bezoekers ter plaatse de tentoonstelling komen bekijken, maar het hoogtepunt lag voorzeker na 15.00uur als honderden bezoekers zich in de gemeentelijke feestzaal aanboden. Het bestuur had gezorgd voor een waaier van bezienswaardigheden zodat eenieder er zijn gading kon vinden.
Uniek was de mogelijkheid die aan de kijklustigen werd geboden om hun antieke- en/of kunstvoorwerpen voor te leggen en te laten bespreken (al dan niet met waardeschatting) door een echte kenner, in dit geval deskundige E.H. Mark Lateur uit Heks. Het aanbod was enorm en vraagt om herhaling..
De feestzaal was oordeelkundig onderverdeeld in drie delen, afgescheiden door panelen met familiefoto's van voor het jaar 1940, met telkens erbij de bijhorende stamboomaanwijzing.
 Albert Thewis uit Heers, toonde zijn miniatuur kapelletjes. Echte pareltjes op schaal gemaakt van alle kapellen die op dit ogenblik terug te vinden zijn in Groot-Heers.
Jos Valley uit Heks bracht voorwerpen mee van zijn verzameling "oud landbouwalaam" en Raf Verjans uit Vechmaal toonde oude munten en andere opgegraven vondsten uit de tijd van de Romeinen en de middeleeuwen.
Aan de muren konden de bezoekers dan weer kennismaken met de artistieke kwaliteiten van Jaak Vandecan (grafische tekeningen van de dorpskerken) en van de Heerse schildersclub (landschappen uit Heers).
Wie meer tijd had kon gaan neuzen in de verzameling doodsprentjes (tussen 1700 en 2008) van Léona Vandepoel-Dessart uit Heers. Aan belangstelling hadden ze daar geen gebrek want menige bezoekers gingen driftig pluizen in haar boeken, op zoek naar herinneringen aan groot- of overgrootouders.
Langs de voorkant van de scène had Boudewijn Knevels uit Mettekoven een verzameling van ruim tweehonderd stroopdozen uit Zuid-Limburg gelegd. Tussendoor ging hij ook als gids mee met geïnteresseerde bezoekers naar het schrijfmachinemuseum elders in het gebouw.
En ook onze werkgroepen deden hun duit in het zakje. Benny Porta kon met enkele hoogstandjes op het gebied van moderne digitale communicatiemiddelen, onmiddellijk de nieuwsgierige bezoeker in zijn stamboom plaatsen. Jos Valley creëerde een nostalgische stemming met enkele te kijk gestelde DVD's over oude volksgebruiken.
Roger Knapen uit Veulen presenteerde foto's van gebouwen en dorpssituaties van vroeger en nu, zodat de aandachtige kijker door vergelijking een idee kreeg van het tijdsbeeld van vroeger en van nu. Tussendoor projecteerde hij ook nog oude, niet meer gebruikte voorwerpen, informeerde naar de uitspraak hiervan in het dialect van betrokkene en registreerde dit voor latere verwerking.
Voor de rest van het bestuur was het natuurlijk ook werken geblazen om alles netjes te laten verlopen. Zulke grote volkstoeloop was immers niet verwacht.
Achteraf was het bestuur héél blij met de positieve reacties die ze mochten ontvangen. Zelfs de minister van Justitie, Jo Vandeurzen, liet zijn felicitaties doormailen.
Maar het mooiste compliment hoorden we voorzeker van een kleine jongen die zijn moeder toeriep : " mama, ik wil later ook heemkundige worden".
Jos Schoefs.
|
